Het speciale aan dit gedicht was dat ik de tekst deed en de leerlingen maakten de passende geluiden erbij. Enkele voorbeelden:
- een beetje wind = schud met een klein blad
- heel veel wind = schud met een groot blad
- het ritselen van de bladeren = verfrommel een dunne plastic zak
- zachte regen = rijst laten schuiven in een handtrom
- heel veel rgen = ga met een pen langs een radiator
- regen op het dak = tik met je vingers op de bank
- donder = stamp met de voeten op de grond
Het orkest van wind en regen
Hoor de blaadjes ritselen,
het windekind wordt wakker.
Het wakkert aan, wordt woest en wild,
oei, wat is het slechtgezind!
De witte wolken worden grijs,
daar drupt de eerste regen.
Het zonnetje heeft zich verstopt,
het kon er niet meer tegen.
Het water komt met bakken neer,
de hemel is aan het huilen.
Komaan nu, rennen, bliksemsnel,
We moeten dringend schuilen.
De druppels tikken op het dak,
hoor hoe de regen trommelt.
Het donker valt, het lijkt wel nacht.
Boem, de donder rommelt.
Ik heb het koud en ik ben bang,
niets kan me nog verwarmen.
Kom maar kindje, kom bij mij.
Schuil maar in mijn armen.
Uit Zonnekind
De kinderen vonden dit echt heel leuk! Iedereen had zijn geluid en ze konden de geluiden van de wind en regen zeer goed herkennen. Ze hebben hier veel uit geleerd!
Enkele leerpunten bij dit gedicht:
- Laat de leerlingen eerst eens luisteren naar het gedicht zonder de geluiden.
- De leerlingen die schudden met een klein blad mogen niet te hard schudden, want anders hoor je het verschil niet met de leerlingen die schudden met een groot blad.
Wat leuk!!
BeantwoordenVerwijderenGa ik ook zeker eens doen! :)